28-10-2016

DE KRACHT VAN HET HUH-MOMENT

Over het verkeerde been en functioneel fout

Spellingsregels – prima. Taalregels – helemaal goed. Maar leuk wordt taal pas als je de vrijheid neemt om ermee te spelen. Wanneer je een regel bewust aan je laars lapt en daarmee de lezer op het verkeerde been zet. Als de lezer even Huh? denkt,

heb je zijn volle aandacht. Maar om dat te bereiken, moet je wel heel goed weten wat je doet.

Fonq - Vind jouw mooi. Dat was het onderwerp van de mail die ik kreeg van het online warenhuis. Ik dacht: ‘Huh? Punt 1: Hoezo

vindt Fonq mij mooi? Punt 2: Waar is de t achter ‘vind’ en die w achter ‘jouw’ moet weg.’ Ik was nauwelijks aan het eind van deze gedachtegang toen ik zag wat ze bedoelden. Dat wat ik mooi vind, ‘mijn mooi’, vind ik bij Fonq. Okee, goed gedaan. Zeker als bovenstaand Huh-moment de opzet was. Niet direct een klant erbij, maar de naam zit in mijn hoofd.

Teleurgesteld

Wel een klant werd ik door een taalfout in de Volkskrant. Ik las daarin een recensie over het postuum uitgebrachte werk ‘Het Agoramodel’ van René Gude. De ondertitel luidde, aldus de recensent: ‘De wereld is eenvoudiger als je denkt.’ Huh?, dacht ik

toen ik het las. Het moet zijn ‘eenvoudiger dan’.

Toen las ik nog een keer. Het was niet fout, het was grappig. ‘Als’ werd hier gebruikt als voorwaarde en niet als vergelijking. De wereld is eenvoudiger wanneer we denken. Een goed filosofische ondertitel. Ik vond het zo leuk, dat ik bij de eerstvolgende gelegenheid het boek aanschafte. In de rij bij de kassa las ik dat de ondertitel was: ‘De wereld is eenvoudiger dan je denkt.’

Ik was teleurgesteld.

Leuk been

Het verkeerde been is vaak een heel leuk been. Het been dat de lezer even uit evenwicht brengt, waardoor hij voorover de tekst in dondert. En dat is wat je wilt als schrijver, dat de lezer bijna niet anders kan dan (verder) lezen, omdat je hem de tekst in getrokken hebt.

Dat verkeerde been helpt bovendien om de boodschap beter te onthouden. Als de tekst te glad is, glijden de woorden van de lezer af als water van een eend. Wordt hij pootje gelicht door de tekst, dan zal hem dat nog even heugen.

Functioneel fout

Ik ben er dus vóór om de regels naar je hand te zetten. Maar dan wel functioneel. Als we alle regels loslaten en maar schrijven hoe we willen en wat we horen, komen we er niet uit. Een gewone Amsterdammer spelt dan rustig ‘zee’ als ‘see’. Een hypercorrecte Amsterdammer spelt dan ‘zein’ in plaats van ‘sein’. Of, nog verwarrender, ‘zijn’ in plaats van ‘sein’.

Taalregels, waaronder die voor spelling, vertegenwoordigen een systeem dat ons helpt elkaar te begrijpen. Het is dan ook zaak dat we deze regels kennen. Vervolgens kunnen we de regels inzetten voor ons eigen doel door ze functioneel fout te gebruiken. Je vestigt gegarandeerd aandacht op je tekst. Het Huh-moment is een krachtig instrument voor schrijvers.